Prevalence and magnitude of helminth infections in organic laying hens (Gallus gallus domesticus) across Europe

Sundar Thapa, L. Hinrichsen, C. Brenninkmeyer, S. Gunnarsson, J. Heerkens, Cynthia Verwer, K. Niebuhr, A. Willett, Guido Grilli, Stig M. Thamsborg, JanT. Sørensen, Helena Mejer. 2015. Prevalence and magnitude of helminth infections in organic laying hens (Gallus gallus domesticus) across Europe. Veterinary Parasitology. 214
Pagina's / pages: 7

Indien u dit artikel wilt ontvangen (pdf), kunt u contact op nemen met Cynthia Verwer.

Taal/language: Engels
Abstract / summary in English:

Helminths are associated with health- and welfare problems in organic laying hens. The present observational cross-sectional study therefore aimed to estimate the prevalence and worm burdens of intestinal helminths in organic flocks of laying hens in 8 European countries, and to identify management factors that might be associated with helminth infections, with emphasis on Ascaridia galli. Data on flock-level management factors (e.g. nutritional factors, litter quality, housing system, opening- and closing hours of popholes, pasture rotation and provision of occupational materials) were collected during a farm visit when the hens were on average 62 weeks old. Worm counts were performed for 892 hens from 55 flocks and the number of ascarid (presumably primarily A. galli) eggs per g faeces (EPG) for 881 hens from 54 flocks. The association between parasitological parameters (prevalence, worm burden and EPG) and the management factors were analysed by multivariate models. Results showed that A. galli was highly prevalent across Europe with an overall mean prevalence of 69.5% and mean worm burden of 10 worms per hen. The overall mean prevalence and worm burden for Heterakis spp. were 29.0% and 16 worms per hen, respectively, with a large variation between countries. On average, the hens excreted 576 ascarid EPG. The mean prevalence of Raillietina spp. was 13.6%. A positive correlation was found between mean A. galli worm burden and ascarid EPG. Of the analysed management factors, only pasture access time had a significant negative association with A. galli worm burden which was in contrast to the general belief that outdoor access may increase the risk of helminth infections in production animals. In conclusion, the complexity of on-farm transmission dynamics is thus a challenge when evaluating the relative importance of management factors in relation to helminth infections.

Keywords in English: Ascaridia galli; Heterakis spp.; Raillietina spp.; Prevalence; Worm burden; Management; Organic laying hens
Tweede taal / secondary language Nederlands
Abstract / samenvatting in Nederlands:

Wormen worden geassocieerd met gezondheids- en welzijnsproblemen in biologische leghennen. De hier beschreven observationele cross-sectionele studie is gericht op 1. de prevalentie en de omvang van maagdarmwormen in biologische leghennen in 8 Europese landen, en 2. aan de management factoren die kunnen worden geassocieerd met worminfecties, met de nadruk op de identificatie van Ascaridia galli. Op koppelniveau zijn gegevens verzameld voor wat betreft management factoren (bijvoorbeeld nutritionele factoren, strooisel kwaliteit, huisvestingssysteem, openings- en sluitingstijden van de luiken, uitloop-management en het verstrekken van verrijkingsmateriaal) middels bedrijfsbezoeken op een gemiddelde leeftijd van de hennen van 62 weken oud. Wormtellingen zijn verricht voor 892 kippen van 55 koppels. Het aantal spoelwormen (vermoedelijk vooral A. galli) is voor 881 kippen in 54 koppels vastgesteld. De associatie tussen parasitologische parameters (prevalentie, omvang en EPG) en management factoren is geanalyseerd middels multivariate modellen. De resultaten toonden aan dat A. Galli veelvoorkomend is in heel Europa met een totale gemiddelde prevalentie van 69,5% en een gemiddelde omvang van 10 wormen per kip. De totale gemiddelde prevalentie en omvang van Heterakis spp. waren 29,0% en 16 wormen per kip, respectievelijk, met een grote variatie tussen de landen. De gemiddelde prevalentie van Raillietina spp. was 13,6%. Een positieve correlatie is gevonden tussen de gemiddelde A. galli omvang en spoelwormen uitgedrukt in EPG. Van de geanalyseerde management factoren, had alleen de duur in de uitloop een aanzienlijke negatieve associatie met de omvang van A. galli. Dit in tegenstelling tot de algemene overtuiging dat toegang tot een uitloop de kans op een worminfectie in productiedieren juist verhoogd. Kortom, de transmissie dynamiek van worminfecties op een boerderij is complex en dus een uitdaging bij de evaluatie en interpretatie van management factoren in relatie tot worminfecties.

Trefwoorden in Nederlands: Ascaridia galli; Heterakis spp.; Raillietina spp.; Prevalentie; Wormbesmetting; Management; Biologische leghennen