Nieuw perspectief voor lupine: winterteelt

Lupine verovert langzaam een plek in de transitie naar meer plantaardig eiwit in de voeding. De laatste jaren is er in het buitenland veel veredeld en is de rassenkeuze van zoete lupinerassen toegenomen. In het seizoen 2021-2022 zijn de eerste praktijkproeven gestart met winterlupine op Nederlandse bodem.

De opbrengst van lupine onder Nederlandse condities is op dit moment gemiddeld 2,5-3 ton/ha. Verlenging van het teeltseizoen door lange, warme zomers laat zien dat opbrengsten tot wel 5 ton/ha mogelijk zijn. Een nieuwe ontwikkeling is de veredeling van winterharde lupinerassen, waarmee opbrengsten van 4-6 ton/ha ook in Nederland realiteit zouden kunnen worden. 

Meerwaarde lupine in eiwittransitie

De teelt van lupine kan potentieel een belangrijke bijdrage leveren aan kringlooplandbouw en de eiwittransitie. Lupine heeft een hoog eiwitgehalte en een gunstig aminozuurprofiel, en past daarmee uitstekend in een meer plantaardig dieet. De primaire afzet van zoete lupine in Nederland is dan ook richting humane consumptie. Daarnaast wordt lupine ook als veevoer geteeld. Lupine is een interessant gewas omdat het stikstof bindt, een mooie stikstoflevering geeft aan volggewassen, koolstof vastlegt in de bodem, en een positief effect heeft op biodiversiteit en de kwaliteit van het landschap. Een bloeiend gewas waarvan wilde bijen profiteren.

Brede beoordeling van winterrassen

In het onderzoek beoordelen we rassen niet alleen op winterhardheid en opbrengst, maar ook op ziektegevoeligheid, legeringsgevoeligheid, snelheid van afrijpen en kwaliteit. Daarbij nemen we zowel de toepassing voor humane consumptie (eiwitgehalte en bitterstoffen) als de voederwaarde mee. Omdat het zaaitijdstip primair effect kan hebben op de winterhardheid, zijn twee verschillende zaaitijdstippen uitgetest.

Winterteelt niet voor alle bodemtypen

Van de 4 geteste rassen (de Franse rassen Orus, Magnus, Ulysse en het Chileense ras Rumbo Baer) had Orus in 2022 op de locatie in Elsendorp (Noord-Brabant) de hoogste opbrengst, waarbij vroege zaai een opbrengst van 4.0 ton/ha, en late zaai een opbrengst van 3.1 ton/ha haalde. Het eiwitgehalte van Orus was met 37.8% hoger dan het langjarige gemiddelde van zomerlupine (35.6%). Op de proeflocatie op dalgrond in Klazienaveen (Drenthe), zorgde wateroverlast echter voor het compleet wegvallen van de teelt, waardoor er niet geoogst kon worden. Hiermee is duidelijk dat de teelt niet voor alle bodemtypes geschikt is, en dat bodemstructuur en een goede ontwatering in de winter cruciaal zijn. De winter van 2021-2022 was relatief zacht en nat. Toekomstig onderzoek moet laten zien hoe winterlupine zich onder strengere vorst gedraagt. Het onderzoek op de twee proeflocaties in 2021-2022 is gefinancierd door Stichting Triodos Foundation, RNOB en RVO.