Natuurinclusieve landbouw Oldambt

Met een aantal boeren uit het Oldambt worden natuurinclusieve maatregelen in praktijk getest, wetenschappelijk onderbouwd en doorontwikkeld. De maatregelen zijn gericht op toepassing van mengteelten, inpassing van leguminosen in het bouwplan en inzet van meer organische mest op het bedrijf. Er wordt onderzocht wat de effecten van deze maatregelen zijn op biodiversiteit, bedrijfseconomische haalbaarheid en inpasbaarheid in bedrijfsvoering en/of nieuwe GLB.

Ontwikkeling en inpassing van een mengteelt in het bouwplan met focus op grasklaver als een mogelijke bodemopbouwende, biodiversiteitsstimulerende en duistonderdrukkende maatregel

Akkerbouwers in het Oldambt hebben veel last van duist en andere onkruiden. Grasklaver kan een oplossing zijn voor de duistproblematiek. Een meerjarig, grondbedekkend gewas als grasklaver (en mogelijk ook andere teelten) kan een belangrijke en onkruidonderdrukkende rol hebben. Om die reden wordt op dit bedrijf een tweejarige veldproef met grasklaver aangelegd om de effecten van grasklaver als onkruidonderdrukker te onderzoeken. Uit de proef is gebleken dat een onkruidonderdrukkend gewas de inzet van niet-kerende grondbewerking kan verhogen, mits het twee jaar of langer wordt geteeld.

Inbedding van een leguminoos in het bouwplan (winterveldboon) als een alternatief voor wintertarwe en eiwitbron voor de dierhouderij

De opbrengstniveau's van winterveldbonen blijken sterk te schommelen. Het vermoeden bestaat dat hierin de aanwezigheid en diversiteit van bestuivers een belangrijke rol speelt. Er is nog maar weinig kennis ontwikkeld over hoe schommelingen in deze populaties bestuivers de bestuiving en opbrengst beïnvloeden. Door gericht maatregelen te nemen, zouden akkerbouwers hun oogstzekerheid kunnen vergroten en tegelijkertijd werken aan een meer natuurinclusief landbouwsysteem. Het zaaien van bloemen in het spuitspoor of tussendoor kan mogelijk extra bestuivers en natuurlijke plaagbestrijders aantrekken. De vraag was in hoeverre het mogelijk is om de teelt van een eiwitgewas te combineren met gewassen die plaagonderdrukkende insecten aantrekken. De tweejarige veldproef heeft geen betrouwbare resultaten opgeleverd om conclusies te kunnen trekken of het zaaien van bloemen in de spuitsporen werkt. Dit komt mede doordat muizen zaden van het bloemenmengsel hebben opgegeten waardoor de opkomst ervan voornamelijk bestond uit facelia. Dit is een laatbloeiende plant, de aantrekking van plaagbestrijders en bestuivers heeft daardoor te laat in het groeiseizoen plaatsgevonden en heeft daarmee geen meetbaar effect gehad op de opbrengst en de plaagbestrijding.

Inzet van organische mest

Er is tot dusver weinig inzicht in de effectiviteit van een natuurinclusieve maatregel als de toepassing van meer organische mest (rund, kip, varken) in termen van opbrengst, structurele bodemopbouw, kosten en baten. De tijdsduur van de tweejarige proef bleek te kort te zijn om conclusies te kunnen trekken over de effecten van toepassing van verschillende vormen van organische mest op de bodemkwaliteit. 

Presentaties en publicaties

Financiering

Dit project werd gefinancierd uit het Programma voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020 voor Nederland (POP3). Dit programma werd deels gefinancierd uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO).
Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland.

Logo Provincie Groningen en Europese Unie